Vijf tips bij een dreigend faillissement

Een dreigend faillissement roept vragen op en baart zorgen. Zowel met betrekking tot uw onderneming, als tot uw positie als bestuurder. Door in een vroeg stadium te anticiperen op een faillissement, kunnen veel problemen worden voorkomen. In deze Wyblog geef ik vijf concrete aanwijzingen waarmee u zich goed kunt voorbereiden op een eventueel faillissement.

1. Behandel schuldeisers gelijk

Een bestuurder is vrij om te kiezen welke schuldeiser eerst en welke later wordt betaald. Dit verandert echter bij een dreigend faillissement. In dat geval is het verstandig om schuldeisers volgens de wettelijke rangorde te betalen. Of u een schuldeiser dan eerst of later moet betalen, is afhankelijk van de 'rang' die de schuldeiser volgens de wet heeft. Betaalt u bij een dreigend faillissement tóch selectief, dan kunt u als bestuurder aansprakelijk worden gesteld. In dat geval kunnen schuldeisers uw privévermogen aanspreken voor de schulden.

2. Wees voorzichtig met het aangaan van nieuwe verplichtingen

Bij een dreigend faillissement moet u als bestuurder voorzichtig zijn met nieuwe contracten of bestellingen. Gaat u namens uw onderneming nieuwe verplichtingen aan en kunnen deze niet worden nagekomen, dan loopt u als bestuurder een persoonlijk risico. De rechter beoordeelt het moment waarop u een verplichting bent aangegaan. Wist u of had u moeten weten dat uw onderneming de nieuwe verplichting niet kon nakomen, dan bent u als bestuurder aansprakelijk.

3. Onderzoek tijdig mogelijkheden om een faillissement te voorkomen

Een eerste mogelijkheid om faillissement te voorkomen is surseance van betaling. Dit wordt ook wel uitstel van betaling genoemd. Surseance van betaling vraagt u, samen met uw advocaat, aan bij de rechter. Stemt de rechter in met uw verzoek, dan wordt een bewindvoerder aangesteld en hoeven de meeste schulden (die zijn ontstaan vóór de surseance) tijdelijk niet te worden betaald. Er kan dan naar een oplossing worden gezocht.

Een tweede mogelijkheid is het WHOA-traject. In dit traject legt u een onderhands akkoord voor aan de schuldeisers. Hierin doet u een voorstel over de terugbetaling van uw schulden. Een onderhands akkoord is een voorstel aan de schuldeisers over de terugbetaling van uw schulden. Soms weigert een minderheid van de schuldeisers met het akkoord in te stemmen. In dat geval kan de rechter het akkoord goedkeuren. Hierdoor zijn alle schuldeisers aan het akkoord gebonden, ook schuldeisers die tegen het akkoord waren. Maakt u gebruik van het WHOA-traject, dan kunt u daar soms ook nog krediet voor aanvragen bij kredietverstrekker Qredits. Dit krediet is bedoeld voor mkb-bedrijven die via een akkoord hun schulden willen saneren. Het krediet kan onder andere worden gebruikt voor werkkapitaal en voor de juridische kosten van dit traject.                  

Lukt het niet meer een faillissement te voorkomen, dan bestaan er tot slot mogelijkheden om (levensvatbare) gedeelten van uw onderneming te redden. Eén van deze mogelijkheden is de pre-pack (ook wel flitsfaillissement genoemd). Bij een pre-pack wordt voorafgaand aan het faillissement een curator benoemd. Deze curator onderhandelt met geïnteresseerde partijen en maakt afspraken met de beoogd overnemer. Hij bereidt de overname van de onderneming voor. Wordt het faillissement vervolgens door de rechter uitgesproken, dan wordt de overeenkomst tot overname getekend. Op die manier kan een onderneming direct na faillietverklaring doorstarten. Bij een pre-pack gaan werknemers van de failliete onderneming wel mee naar de nieuwe onderneming. Om die reden wordt de pre-pack momenteel niet veel gebruikt. Toch biedt de pre-pack ook belangrijke voordelen: zo voorkomt het waardeverlies van de onderneming en kan een betere prijs voor de onderneming worden verkregen dan bij een reguliere doorstart.

4. Doe een bestuurdersaansprakelijkheidscheck

Wordt uw onderneming failliet verklaard en heeft u als bestuurder grote fouten gemaakt, dan kunt u in privé aansprakelijk worden gesteld. Heeft u voorafgaand aan het faillissement bijvoorbeeld grote financiële risico's genomen, geen administratie bijgehouden of geld onttrokken aan uw onderneming, dan loopt u een aansprakelijkheidsrisico.

Ook wanneer een medebestuurder grove fouten maakt, kunt u in privé aansprakelijk worden gesteld. Al is er maar één bestuurder die fouten maakt, dan zijn alle bestuurders hiervoor samen verantwoordelijk. Heeft u geprobeerd de fouten van uw medebestuurder te voorkomen, dan bent u niet aansprakelijk. U moet wel kunnen aantonen op welke manier u de fouten van uw medebestuurder heeft geprobeerd te voorkomen.                     

5. Blijf voldoen aan uw administratieplicht

Ook wanneer faillissement dreigt, dient u de administratie van uw onderneming up-to-date te houden en jaarrekeningen tijdig te deponeren. Doet u dit niet, dan staat onbehoorlijk bestuur vast. U staat dan met 1 – 0 achter. In dat geval moet u namelijk zelf bewijzen dat het niet uw schuld is dat de onderneming failliet is gegaan. Voorkom dus dat het zo ver komt.

Sinds de coronacrisis geldt de 'Tijdelijke wet Covid-19 Justitie en Veiligheid'. Heeft u uw jaarrekening van het meest recente afgesloten boekjaar niet tijdig gedeponeerd door de gevolgen van Covid-19, dan wordt u beschermd. In dat geval kunt u niet aansprakelijk worden gesteld wegens het niet voldoen aan uw administratieplicht. Deze uitzonderingsregel geldt voorlopig tot 1 september 2023. 

Heeft u naar aanleiding van deze Wyblog vragen over faillissement, herstructurering of bestuurdersaansprakelijkheid? Wij kunnen uw vragen beantwoorden en uw zorgen wegnemen. Neem gerust vrijblijvend contact op met een van onze advocaten.